Een ander soort waarneming

door Sonja Van Den Bossche

Tekst: Brigitte; Foto's: firmm

De tocht op 24 oktober begon zoals elke andere. Weinig wind, helder zicht en wat wolken. Na een halfuur de eerste waarneming. Ongeveer 20 grote tuimelaars met twee kalveren. Ze gedroegen zich neutraal en konden gedurende enige tijd goed worden waargenomen. Nadat we ze een tijdje hadden bekeken, voeren we verder, om naar een andere soort zeezoogdieren te zoeken.

Wat onze kapitein Dani door de verrekijker aan de Marokkaanse kant van de Straat van Gibraltar zag, was echter iets heel anders. Kort vóór 12:00 uur ontdekten we een kleine, oranje rubberboot met twee vluchtelingen. We naderden en merkten dat de twee heftig met hun armen zwaaiden. Eén van hun roeispanen was al afgebroken. Het bijzondere was dat er veel grindwalvissen om hen heen speelden. Er waren twee groepen, één met ongeveer zes grindwalvissen en een andere met acht dieren. Het was een beetje alsof ze de boot niet alleen wilden laten. De mannen leken nogal bang voor hen te zijn. Waarschijnlijk hadden ze nog nooit zeezoogdieren gezien en vanuit hun perspectief in de kleine boot moesten de zes meter lange, zwarte walvissen er zeker indrukwekkend uitzien.

De kustwacht komt aan.

Onze kapitein Antonio legde me uit dat we de kustwacht al hadden verwittigd en het onze plicht was om te wachten, tot ze kwamen. Bij de reeds toenemende levante zouden de mannen anders wel snel worden afgedreven naar de Atlantische Oceaan. Volgens de wet mochten we ze in geen geval aan boord nemen, ook ter bescherming van onze passagiers, want we konden immers niet weten of ze ziektes overbrachten. We moesten toch garanderen dat ze niet in directe zeenood geraakten. De grindwalvissen kwamen nu ook nieuwsgierig naar onze boot. Ik stond voor in de boeg en had de walvissen net onder mij. Eén draaide zich naar de zij en ik kon in zijn ogen kijken. Een emotioneel moment. De dieren bleven de hele tijd, totdat de kustwacht kwam aangevaren. De met beschermingspakken geklede mannen namen uiteindelijk de twee vluchtelingen aan boord. Ze leken heel opgelucht te zijn, zwaaiden ons telkens weer toe en bedankten ons. Het moet voor hen eveneens indrukwekkend en eng zijn geweest om te zien hoe de grienden hun boot steeds weer naderden.

Ga terug