„Over charla’s, vinvisbaby’s en goede karma” – Uit het dagelijkse leven van een vrijwilligster bij firmm

door Sonja Van Den Bossche

Tekst: Annika Kreuzer; Foto's: firmm

Misschien zou ik deze blogbijdrage moeten beginnen met u uit te leggen wat een „charla” precies is (als u de titel dan zo grondig hebt bestudeerd :)) en wat een vrijwilligster bij firmm zo allemaal doet. Maar alles op zijn tijd.

Veeleer wil ik u aan het begin het verhaal vertellen over hoe ik in Tarifa en bij firmm terechtgekomen ben.

Toen ik het huis van mijn ouders verliet om te gaan studeren (nee, ik studeerde helaas geen mariene biologie), kon mijn moeder het niet laten om elke soort van dieren- en natuurdocumentaire, die ze op televisie tegenkwam, voor mij op te nemen. Ze wist dat mijn groene hart al lang klopt voor de bescherming van het milieu en de dieren. Dus elke keer als ik mijn ouders tijdens het weekend bezocht, stond in de eerste plaats een marathon van verschillende documentaires en films op het programma. Hoewel mijn moeder het alleen maar goed met mij voorhad (achteraf gezien ben ik mijn moeder natuurlijk heel dankbaar. Als je dit nu leest, mama: Bedankt voor alles!), was ik na een tijdje echt geïrriteerd door al het filmmateriaal dat ik voortdurend „moest” bekijken. Toen ik in november vorig jaar eens thuiskwam, had mijn moeder – hoe kon het ook anders zijn – opnieuw een film, die ze eerder had gezien en voor mij had opgenomen, voor me klaar. Het was de film ‘The Last Giants – Wenn das Meer stirbt’. Een film over de inspanningen van de Zwitserse Katharina Heyer, om de walvissen en dolfijnen in de Straat van Gibraltar te beschermen. Dit was de eerste keer dat ik hoorde van firmm.

Bent u verbaasd dat er werkelijk walvissen voor de Spaanse kust leven? Vraag het dan eerst aan mij! Toen ik ‘The Last Giants’ tot het einde had gezien, zette ik me onmiddellijk aan mijn laptop en contacteerde firmm. Vanaf dat moment ging alles erg snel. Vandaag ben ik amper vier weken hier in het wondermooie Tarifa en schrijf deze regels vanop de sofa van ons vrijwilligersappartement. Buiten woedt de levante (als u zelf eens naar Tarifa komt, zult u heel snel kennismaken met de wind) en om deze reden zijn excursies vandaag niet mogelijk. In de vier weken sinds het begin van het seizoen heb ik geprobeerd aan boord te zijn tijdens zoveel mogelijk trips. Van de frisse zeelucht en de aanblik van de dieren kan ik gewoon niet genoeg krijgen.

Tot de taken van een vrijwilliger behoort naast de begeleiding van de tochten ook het houden van „charla’s”. Ik had aan het begin van mijn blog beloofd terug te komen op de „charla’s” en dat doe ik bij deze. „Charla” betekent zoveel als lezing in het Spaans. Vóór elke trip vinden er informatievoordrachten plaats, waarin we onze gasten in veel verschillende talen (ik persoonlijk houd de „charla” in het Duits en Engels) boeiende zaken vertellen over de Straat van Gibraltar en de hier levende walvissen en dolfijnen. Wist u bijvoorbeeld dat een potvis tot 3.000 m diep kan duiken en zich voedt met 13-17 meter lange reuzeninktvissen? Ik in alle geval wist dat niet en ik wil het beeld van 17 meter lange reuzeninktvissen ook weer snel uit mijn hoofd laten verdwijnen. Een vinvis daarentegen kan wel 100 jaar oud worden en is na de blauwe vinvis het tweede grootste op aarde levende dier. Ook dat wist ik niet. En kijken naar de gezichten van onze bezoekers en zien hoe ze zich verwonderen over de uitzonderlijkheid en de vaardigheden van elke afzonderlijke walvissoort, is het leukste aan het houden van „charla’s” voor mij.

Charla

Nu zou ik dit blogartikel, waarin ik op u allen een beroep doe om ons milieu te beschermen en een duurzaam leven te leiden, kunnen afsluiten. Maar ik geloof dat alle smeekbeden onverhoord blijven, tot het moment waarop je de schoonheid van onze aarde met eigen ogen aanschouwt.

Toen ik onlangs weer een excursie begeleidde, waren een groep Britse masterstudenten en hun professor mee aan boord. De professor vertelde me dat hij al enkele whale watching tours had gemaakt en het schijnt hem toe dat hij het geluk bij elke trip aan zijn zijde had, want hij had elke keer grote dieren, die eigenlijk maar moeilijk te vinden zijn, gespot. Ik moest gniffelen. Nadat de boot al kort na het verlaten van de haven weer langzamer werd en de blaaswolk van een groot dier van grote afstand werd waargenomen, was ik er zeker van dat dit de blaaswolk van een potvis moest zijn (het seizoen van de potvissen is in de lente en de herfst en we hebben dit seizoen al enkele potvissen gezien). Ja, dat moest een potvis zijn. Een gemompel verspreidde zich over de boot. De blaaswolk die te merken was, zag er anders uit dan die van een potvis (de potvis heeft zijn blaasgat – anders dan alle andere walvissoorten – niet in het midden, maar aan de linkerkant van zijn grote kop; zijn blaaswolk bevindt zich daarom in een hoek van 45 graden met het wateroppervlak). De luidsprekers aan boord kraakten; ik hoorde de aankondiging en was zeker: „Dit is een vinvis met baby, die hier door de Straat trekt.” Wel te verstaan, de eerste vinvis dit seizoen. Met baby, indien je een 7-8 meter groot jong dier nog een baby kunt noemen! Het observeren van deze enorme dieren, hoe ze in een gelijkmatig tempo en vredig door het water trekken, is met niets ter wereld te vergelijken. Een ongelooflijke kalmte en sereniteit stroomden door mijn lichaam en ik had het gevoel dat al het geluk en alle schoonheid van deze aarde zich op dat moment aan mij openbaarden. (Nu beschouwt u mij waarschijnlijk stellig als te romantisch of kitscherig. Maar misschien bent u ook nieuwsgierig geworden en plant u op dit ogenblik al uw reis naar Tarifa. We zijn hoe dan ook hier en wachten op u.)

Vinvis met baby met Tarifa op de achtergrond

Ik keek rond en zag de professor aan de andere kant van de boot. Hij knipoogde naar mij. Toen we aan het einde van de tocht van boord gingen, klopte ik hem op de schouder en zei alleen: „Goede karma.” Daarna ging ieder zijn eigen weg.

Ga terug