Mondrino deel 1 - Moederinstinct

door Sonja Van Den Bossche

Tekst en foto's: Jörn Selling (zeebioloog van firmm)

Velen weten misschien uit documentaires, hoe een eend haar kuikens tegen de naderende vos beschermt: ze doet alsof haar vleugel is gebroken en leidt de vos van haar kuikens af.

Toen wij op 09.06 om 13:00 uur een groep grote tuimelaars vonden, was er al een onderzoeksboot bij hen. We voeren dus op ruime afstand mee, toen we 1,5 mijl naar het westen twee keer geblaas zagen. Aangezien wij niet zonder meer tegen de vaarrichting van de schepen mogen invaren, sinds Tanger Traffic de zuidelijke helft van de Straat van Gibraltar controleert, besloten we, om rustig te blijven en geen gedoe te veroorzaken. Ik wist van Katharina, die haar de dag daarvoor gezien had, dat het om Mondrino ging, een potvisvrouwtje met haar twee kalveren. Uiteindelijk kwamen we dicht bij de onderzoeksboot en we vertelden de bemanning, dat we net twee potvissen hadden gezien. Potvissen duiken ongeveer 40 minuten in de Straat van Gibraltar; het was dus duidelijk, dat het wat zou duren, tot ze weer zouden bovenkomen.

Om 15:30 uur vonden we de tuimelaars terug, maar ik wist, dat we bij hen niet lang rust zouden vinden, omdat een schip van de concurrentie ons volgde. Dan was er nog de onderzoeksboot, die de potvissen beloerde, waarover ik op de vorige tocht heb verteld. We voeren op 100 meter afstand naast de tuimelaars, meer dan nodig, want ik wou hen rust geven, nadat ze urenlang door de onderzoeksboot waren gevolgd. En weer zagen we ten westen van ons geblaas: drie potvissen. Mondrino lag dus naast haar kalveren in het water en rustte na de duiktocht met hen uit. Nog verder westwaarts kwam de boot van de concurrentie naar ons toe; zij hadden de potvissen nog niet ontdekt, de onderzoekers ook niet. De potvissen waren deze keer dichterbij. Toch besloten we om geen aandacht op hen te vestigen, maar mee te varen met de tuimelaars, die ontspannen westwaarts naar de potvissen toe zwommen.

Mondrino duikt weg

Mondrino duikt weg

Toen de andere whalewatch-boot dichterbij kwam, doken Mondrino en haar kalveren weg. Ze bleven lang genoeg onder en kwamen achter de boot boven water. Daarbij kwamen ze  echter tussen de walviswaarnemers en de onderzoekers te voorschijn. Kort daarna werden ze ontdekt, en uit de zwarte rook die uit de concurrentieboot opsteeg, kon ik de drukte opmaken, die werd verspreid.  Ook de onderzoeksboot gaf plankgas. De walvissen wilden blijkbaar verder aan de oppervlakte blijven en probeerden naar het westen te zwemmen, maar ze werden door de twee boten ingeklemd. Ze doken weer onder, terwijl wij met ontkoppelde motor verder tjoekten, daarheen. Ik wist, dat volgens de heersende whalewatchwet (sinds 2007) maximaal twee boten tegelijkertijd bij de walvissen mogen blijven. Ik was dus altijd bereid om de schroef te stoppen, als we te dicht bij het gebeuren zouden komen. Terwijl Mondrino weer bij de twee boten opdaagde, verschenen de twee kalveren rechts van ons bij de tuimelaars. Waarschijnlijk omdat de dolfijnen voor hen zichtbaar rustig waren, daar wij voldoende afstand hielden. We stopten de schroef en kwamen helaas bijna tussen Mondrino en haar kleintjes te liggen. Maar ze bleef bij de andere boten, had zich echter naar ons toe gedraaid,  wachtte tot haar kalveren genoeg waren hersteld en verdween toen 150 meter van ons.

Mondrino aan het wateroppervlak

Mondrino aan het wateroppervlak

In plaats van toen zelf te duiken, deed ze iets wat ons allemaal verbaasde. Ze zwom langzaam naar ons toe en toonde daarbij telkens weer haar kop, tot ze enkele meters van onze boot lag.

Mondrino toont haar kop

Mondrino toont haar kop

Mondrino naast de boot

Mondrino naast de boot

Na enige tijd naast ons, dook ze voorzichtig onder onze boot, draaide zich onder water op haar zij, keek omhoog en dook dan bij haar kalveren weg. We waren allemaal zo ontroerd, dat we daarna 10 minuten op die plaats bleven en de tuimelaars, die met de potviskalveren hadden gespeeld, lieten verder trekken. Uit het oosten kwam uiteindelijk een kleinere groep tuimelaars, die ons uit onze meditatieve staat wekte.

De volgende dag hadden we minder geluk. De concurrentie had met haar twee boten drie volwassen potvissen in de tang genomen en voor ons geen plaats gemaakt, ook al had zij ons speciaal via de radio opgeroepen. Het zou voldoende zijn geweest, als ze gedurende 5 minuten met één boot op 500 meter zouden zijn gevaren, maar de wet hebben haar kapiteins zeker nooit doorgelezen. Wij hebben sedertdien geen potvissen meer gezien.

Ga terug