De reuzen van de zee... bijna grijpbaar!
door Sonja Van Den Bossche
Tekst: Sonja Van Den Bossche - Foto's: firmm
9 mei 2017 leek een mooie dag te worden in Tarifa: de zon was ’s morgens al van de partij en er woei geen briesje wind. Ik was begeleidster op de firmm-boot om 11 uur. Inmiddels was het routine geworden om gewone en gestreepte dolfijnen, grote tuimelaars, grindwalvissen en potvissen te zien. En sinds een paar dagen hunkerde ik naar meer. Telkens wanneer ik als vrijwilligster voor een paar weken naar firmm kom, maak ik een „koninginnentrip” en juist toen ik me afvroeg wanneer dit subliem moment dit jaar zou komen, gebeurde dit…
De firmm Vision was nog maar net de haven uitgevaren of we hoorden Katharina door de luidsprekers aankondigen: „We hebben een potvisblaaswolk gezien!” Antonio, de kapitein, snelde naar hem toe en toen we – volgens de regels voor respectvolle walvisobservatie – op veilige afstand van de potvis verwijderd waren, zagen we hem als een drijvende boomstam langer dan de firmm-boot gestrekt op het wateroppervlak liggen. Zijn rust werd echter voortdurend gestoord door zeemeeuwen, die niets lievers wilden doen dan boven op hem landen.
Maar dat was buiten de walvis gerekend, want hij probeerde de opdringerige belagers weg te jagen door zijn rug met de opvallende, lage rugkam verschillende keren te krommen. Steeds weer hadden we het gevoel dat hij weldra zou onderduiken, maar zover kwam het voorlopig niet. Hij had nog niet voldoende zuurstof ingenomen voor zijn volgende lange, diepe duik en dobberde zelfs naar ons toe in de golven, langzamerhand en uit zichzelf.
De spanning steeg… Katharina vermoedde dat het Observador, één van firmm’s adoptiedieren, was en gaf doorlopend commentaar bij het spektakel, dat eigenlijk slechts luttele seconden duurde: „Observador kijkt naar ons. Hij observeert. En ik praat nu wat verder, want hij luistert ook. Observador is de enige potvis hier, die altijd ook een beetje dichter bij de boot komt. Hij is eigenlijk nieuwsgierig. En ik denk dat hij zal onderduiken naast de boot… J-a, ik geloof dat hij nu gaat… ¡Qué bonito! (=Wondermooi!)” En haar woorden werden ogenblikkelijk waarheid. Toen de potvis amper een paar meter van de boot verwijderd was, konden we duidelijk zijn groot blaasgat aan de linkerkant van zijn gigantische kop onderscheiden.
Kort daarna dook hij – onder veel „wauw”-geroep – rechts van de boot weg en toonde ons zijn enorme staartvin als afscheid. We konden deze reus van de zee bijna aanraken! Onvergetelijk!… „W-a-h-n-s-i-n-n!” hoorde ik één van mijn medepassagiers aan boord nog met genoegen zeggen. En aangezien de potvissen mijn lievelingsdieren zijn, was ook ik uiteraard vanwege het gebeuren overweldigd door gevoelens: ik kreeg tranen in mijn ogen en voelde mijn hart kloppen. De adrenalinestoot waarop ik zolang had gewacht!
Nadat Observador verdwenen was, zag de zee er leeg uit. Maar nog niet helemaal bekomen van de emoties, werden we allemaal door de firmm-bemanning meegenomen op zoek naar andere bewoners in de Straat van Gibraltar en die lieten niet lang op zich wachten: een grote pod tuimelaars kwam ons tegemoet. De dolfijnen kliefden traag en sierlijk door het water naast de boot, alsof ze genoten van elke slag met hun borstvinnen en van elke zeegolf rondom hen. Ze zwommen zij aan zij, in paren of in groepjes van 3-5 dieren. Enkele waagden zelfs een kleine sprong!
We hadden al geruime tijd met de grote tuimelaars doorgebracht, toen de firmm Vision rechtsomkeer maakte om weer naar zijn thuishaven terug te varen. Op haar gebruikelijke manier nam Katharina afscheid van haar gasten: „We zullen binnenkort de haven van Tarifa binnenvaren. We hebben twee soorten zeezoogdieren gezien: een potvis en grote tuimelaars.” En hiermee kon iedereen best tevreden en firmm dankbaar zijn!