Aankomst bij firmm in Tarifa
door Sonja Van Den Bossche
Tekst en foto’s: Edeltraud Konradt
Tarifa is van twee luchthavens uit te bereiken. Málaga of Jerez de la Frontera. Vanaf beide vlieghavens zijn er busverbindingen of je huurt een auto. Mij bevalt vooral het landschap tussen Jerez en Tarifa. Altijd je neus volgen op de N340. Na Cádiz glijden de zoutweiden aan mij voorbij met een verscheidenheid aan wulpen en zelfs ooievaars. Verder op mijn weg wordt de straat kilometers lang omzoomd door geel bloeiende struiken. Het ruikt zoet.
Het landschap bezit in deze tijd van het jaar verschillende soorten diepgroen, zo ver het oog reikt. Zachte heuvels en vlakke, wijdse geel of paars bloeiende velden trekken aan mij voorbij. Later op een heuvel staat een grote „toro”, een zwarte stier, het symbool van Andalusië. En plotseling zijn ze er: de windturbines, naast elkaar in een rij opgesteld. Zoals parels aan een snoer, zo staan ze daar en ze draaien met dezelfde snelheid rond, in dezelfde richting, een leuk „windmolenballet” om te zien.
We rijden nu Tahivilla voorbij. Dat is 23 km vóór Tarifa, mijn reisdoel. Op de weiden, onder de wieken, lopen bruine veekudden, ontelbaar veel. Ze delen de weilanden met de koereiger.
Dit verwekt al een tintelend gevoel, dat gekriebel dat het geluk aankondigt; zo meteen ben ik daar, de 4de keer op rij op weg naar firmm, de stichting die onderzoek doet naar de walvissen en dolfijnen in de Straat van Gibraltar.
In Tarifa-Zuid verlaat ik de grote weg en stop direct rechts op de parking van een supermarkt. Hier kijk ik rechts naar de Atlantische Oceaan, links naar de Straat van Gibraltar, de zee-engte naar de Middellandse Zee. Nauwelijks uitgestapt blaast de wind me bijna omver. Jaaaaaaaaa, Tarifa!
Het heeft levante, ik ben aangekomen.